De zorg over een kind geef je niet zomaar uit handen. Ouders moeten er op kunnen vertrouwen dat hun kostbaarste bezit tijdens hun afwezigheid een veilige en verantwoorde opvang wordt geboden; een opvang in de eerste levensjaren van het kind, die belangrijke, positieve effecten kan hebben op haar of zijn ontplooiing.

Met betrekking tot ontwikkeling van kinderen, worden vaak vier invalshoeken onderscheiden:
 

  • Motorische (lichamelijke) ontwikkeling
  • Sociaal-emotionele ontwikkeling
  • Cognitieve (kennis) ontwikkeling (waaronder taalontwikkeling)
  • Zintuiglijke ontwikkeling


In de praktijk zijn deze ontwikkelingsgebieden onlosmakelijk met elkaar verbonden en vindt er voortdurend wederzijdse beïnvloeding plaats.

Klimmen is niet alleen goed voor de motoriek (bewegingen om boven te komen), maar ook voor de zintuiglijke ontwikkeling (voelen, ruiken en zien), cognitieve ontwikkeling (hoogte inschatten) en sociaal-emotionele ontwikkeling (zelfvertrouwen krijgen).

 

De ontwikkeling van een kind op bovenstaande gebieden wordt bepaald door de omgeving. Aan de ene kant is er de sociale omgeving;  de mensen om je heen, met wie je opgroeit en van wie je leert. Aan de andere kant is er de fysieke omgeving; de materiële ruimte om je heen, die mede bepaalt hoe je opgroeit en welke ervaringen je opdoet.

De sociale en fysieke omgeving hebben een grote invloed op  de ontplooiing van een kind. Dit geldt uiteraard ook voor de opvang in Hobbithoeve. Maar uit welke elementen is de sociale en fysieke omgeving van Hobbithoeve opgebouwd en welke eisen en voorwaarden worden aan deze elementen gesteld en vanuit welke uitgangspunten?

Als basis voor de uitwerking van de omgeving en de rol die de verschillende elementen daarbinnen spelen, zijn voor de opvang in Hobbithoeve de volgende uitgangspunten geformuleerd:
 

  1. Gevoelens van veiligheid worden voorop gesteld. Bieden van een tweede ‘thuis’, waar kinderen zichzelf kunnen zijn. Hierdoor ontstaat de juiste basis voor ontplooiing van het kind op de verschillende ontwikkelingsgebieden.
  2. Uitgaan van het competente kind dat zelf een actieve rol speelt in zijn ontwikkeling. Daarbij zo veel mogelijk ondersteuning bieden vanuit de sociale en fysieke omgeving, om te leren en te ontwikkelen. Het initiatief evenwel zo veel mogelijk bij het kind laten. Niet zo zeer uitgaan van tekorten, maar van de mogelijkheden van het kind.
  3. Onderzoek en spel spelen een wezenlijke rol bij de ontwikkeling. Door onderzoeken ontdekt het kind nieuwe handelingsmogelijkheden die vervolgens in het spel worden geoefend, uitgebouwd, gevarieerd en geperfectioneerd. Stimulering van onderzoek en spel helpt bij het verwerken van emoties, bevordert de ontwikkeling van persoonlijke eigenschappen (creativiteit, flexibiliteit, zelfstandigheid en zelfvertrouwen) en allerlei cognitieve en sociale vaardigheden (het in anderen kunnen verplaatsen, communiceren, samenwerken, anderen helpen, conflicten voorkomen/oplossen). 


Aan de hand van deze uitgangspunten, worden in de volgende paragrafen de diverse elementen benoemd en hun rol nader uitgewerkt.



Sociale omgeving

De sociale omgeving wordt voor een groot deel bepaald door de leidster.Uiteraard werkt Hobbithoeve met professioneel en pedagogisch geschoold personeel, met minimaal een relevante MBO-opleiding, conform de eisen die het Cao-kinderopvang daaraan stelt. Daarnaast wordt bij de selectie van onze medewerkers vooral gelet op het juiste gevoel en houding ten opzichte van kinderopvang. Onze leidsters stralen plezier in hun werk uit, tonen interesse en respect voor het individuele kind; ze zijn het ‘goede voorbeeld’ en het rust/aanspreekpunt in de groep.

BOL-stagiaires werken boventallig mee. Incidenteel staan ze in voorkomende gevallen in de formatie, zoals met ziekte van een collega of tijdens vakanties. Dit  komt alleen voor indien de stagiaire voldoende heeft aangetoond deze verantwoording aan te kunnen. BBL-stagiaires werken in de formatie mee naargelang hun formatieve inzetbaarheid (in overeenstemming met de eisen van de Cao-kinderopvang).

In het kader van de leidster-kind-interactie kunnen een aantal aandachtsgebieden worden onderscheiden:
 

  1. Sociaal-emotionele veiligheid
  2. Persoonlijke competentie
  3. Sociale competentie
  4. Overdracht normen en waarden


Per aandachtsgebied volgt hieronder een opsomming van concrete ziens- en werkwijze waarmee de kinderopvang bij Hobbithoeve kan worden getypeerd.

Sociaal-emotionele veiligheid

  • Het uitgangspunt bij de opvang bij Hobbithoeve is dat de kinderen zich op hun gemak voelen. Wij streven naar een huiselijke, ongedwongen sfeer waarin de kinderen, op basis van heldere afspraken, weten waar ze aan toe zijn.Aan de kinderen wordt structuur en veiligheid geboden. Deze basis schept de mogelijkheid om de kinderen te stimuleren in hun ontwikkeling.
  • Door zoveel mogelijk met vaste groepen en vaste leidsters te werken wordt het gevoel van geborgenheid en veiligheid bevorderd. Hiermee ontstaat en goede basis voor ontplooiing. De aanwezigheid van bekende leeftijdgenootjes verlaagt drempels en stimuleert  het kind allerlei ervaringen op te doen.
  • Wij hechten veel waarde aan een sfeer van gezelligheid en ongedwongenheid waarin de kinderen hun fantasie en creativiteit kunnen ontplooien.
  • De leidster streeft naar een ontspannen manier van omgaan in de groep. Zij handelt met rust en zekerheid en tracht dit over te brengen op de kinderen.
  • Een kind mag nooit lang huilen voordat het hiervoor aandacht krijgt. Door goed te luisteren en te kijken, 'leest' de  leidster wat er met het kind aan de hand is. De  leidster troost het kind bijvoorbeeld door het een aai over de bol te geven en het met koesterende woorden het gevoel te geven dat het veilig en geliefd is.
  • Veranderingen van activiteiten worden van tevoren aangekondigd. Op deze manier kan het kind de activiteit waar hij mee bezig is, afronden. Dit is erg belangrijk voor het gevoel van eigenwaarde van het kind. Bovendien kan het kind zich alvast voorbereiden op de nieuwe activiteit.
  • Om optimale ondersteuning en begeleiding van de kinderen mogelijk te maken, is het van groot belang dat er een goede relatie bestaat met de ouders. Een goede relatie, met een daaruit voortvloeiende, goede communicatie, waarborgen een zo goed mogelijke aansluiting van de situatie in Hobbithoeve bij de thuissituatie. Hierdoor wordt de kwaliteit en continuïteit in opvoeding en begeleiding bevorderd.
  • Bij de babygroepen wordt zoveel mogelijk het eigen/ouderlijk dagritme gevolgd.
  • De leidster van de babygroep is zich ervan bewust dat een baby ook met haar een relatie aangaat. De relatie wordt onder andere opgebouwd door met het kind te praten. Als een kind zich prettig voelt in het contact, is het in staat zich goed te kunnen ontwikkelen.
  • De leidster van de babygroep is zich ervan bewust dat baby's op een gegeven moment contact met elkaar zoeken door naar elkaar te kijken en aan elkaar te voelen. Zij geeft hiertoe de mogelijkheid.
  • De leidster doet er goed aan veel lichamelijk contact met de baby's te hebben (door bijvoorbeeld te knuffelen). De basis voor een positief zelfbeeld wordt hierdoor gevormd.
  • Het inbakeren van baby's is een goede en prettige manier om baby's rust te bieden. Met name bij baby's die veel huilen en moeilijk zelfstandig in slaap vallen, kan inbakeren een goede methode zijn. Hierover wordt te allen tijde overleg gevoerd met de ouders.
  • De relatie met de ouders wordt op allerlei wijzen onderhouden, zoals dagelijkse contacten bij brengen en halen, een mapje waarin allerlei zaken per kind worden bijgehouden, een informatiebord, De Hobbithoorn, en de mogelijkheid van een oudergesprek. De organisatorische en pedagogische leiding is in handen van de eigenaars van Hobbithoeve. Dit bevordert een heldere organisatiestructuur met korte lijnen, waarbij de invloed op het beleid door personeel en ouders wordt bevorderd.

Persoonlijke competentie
  • Spel en ontdekking spelen een belangrijke rol bij het verwerken van emoties en bij de ontwikkeling van allerlei cognitieve – en sociale vaardigheden. De inlevende leidster, die de juiste materialen en activiteiten aanbiedt, zonder het initiatief bij het kind weg te halen, is hierbij van wezenlijk belang.
  • De leidster luistert goed naar het kind en kijkt waar het kind zich mee bezig houdt. Op deze wijze brengt het kind de leidster vanzelf op ideeën over wat ze met de kinderen kan doen.
  • Er worden de kinderen verschillende activiteiten aangeboden. Zo mogen ze bijvoorbeeld na het ‘fruit’ (morgenhapje) naar buiten, waar ze kunnen rennen, fietsen, glijden, klimmen en in de zandbak spelen. In de middag kan er dan bijvoorbeeld een schilderactiviteit worden gepland of worden gepuzzeld. Zo worden de verschillende ontwikkelingsgebieden gestimuleerd.
  • De leidster stelt zich naar het kind op als iemand van wie het kind kan leren (talenten, ideeën en kennis). Zij moet daarbij in staat zijn ideeën samen met de kinderen in verschillende materialen, in dans, in beweging, in muziek, in verhalen, in poppenspel en in ruimtegebruik vorm te geven. Hierdoor leren kinderen zich op eigen wijze uit te drukken.
  • De leidster verrijkt de omgeving indien zij merkt dat deze niet interessant is voor de kinderen. Zij verarmt de omgeving indien zij merkt dat de kinderen niet voldoende rust kunnen vinden. Zo wordt bijvoorbeeld het speelgoed opgeruimd voor het eten of het naar bed gaan.
  • Door goed luisteren en reageren op de uitingen van het individuele kind, ontstaat de juiste basis voor een gesprek. De bereidheid van het kind om te communiceren wordt op deze wijze bevorderd en vormt zo de sleutel tot cognitieve- en taalontwikkeling.De leidster laat het kind vrij om ‘fouten’ te maken of een heel eigen soort spel/creatie te scheppen.
  • In de groepsgerichte opvang van Hobbithoeve blijft altijd oog voor het individuele kind, met voldoende ruimte voor het kind om zich terug te trekken, zowel fysiek als sociaal. De kinderen worden dus in de groep maar ook individueel ondersteund, gestimuleerd, geholpen, begrepen en gerespecteerd.


Sociale competentie

  • Door kinderen groepsactiviteiten aan te bieden worden ze gestimuleerd in de omgang met elkaar. De leidster verstevigt de relatie tussen de kinderen onderling door middel van spel zoals (stoelen)dans, Bingo, raadspelletjes enz. De kinderen kunnen zo via spel van elkaar leren maar ook leren delen.
  • De opvang in een kinderdagverblijf is op basis van een groep. De omgang met andere kinderen verbreedt de basis voor overdracht en bevordert de ontwikkeling van allerlei cognitieve en sociale vaardigheden, zoals de taal-ontwikkeling. Voordat in de ochtend fruit gegeten wordt zal  eerst een namen rondje plaatsvinden waarbij ieder kind aan de beurt komt. Ook wordt er door de leidsters goed geluisterd naar wat kinderen te vertellen hebben en hier wordt op ingegaan waarbij de andere kinderen betrokken worden. De kinderen leren hierdoor naar elkaar te luisteren, te wachten en te praten. De leidster zal kinderen die er steeds doorheen praten hierop wijzen en complimenteren als zij dat niet meer doen.
  • De leidster ‘kanaliseert’ conflicten tussen kinderen en biedt de kinderen een opening tot verzoening. Ze zal tijdens een conflict samen met de kinderen een oplossing zoeken en benoemen wat wel en geen leuk gedrag is. Peuters worden aangemoedigd om sorry te zeggen als ze een ander kind pijn hebben gedaan. Bij de kleinste kinderen zal een conflict vaak om speelgoed gaan. Door afleiding of aanbieden van ander speelgoed zal het conflict snel vergeten zijn.
  • Tijdens het vrij spelen zal de leidster het speelgedrag in de groep observeren. Kinderen die steeds alleen spelen worden door de leidster betrokken bij het spel van anderen. Of andere kinderen worden betrokken bij het spel van de eenling. Wel moet het altijd mogelijk zijn dat een kind zich even alleen terugtrekt.
 

Overdracht normen en waarden

  • De leidster geeft ‘ het goede voorbeeld’. Zij doet zoveel mogelijk met de kinderen mee, aangezien zij door de kinderen als voorbeeld wordt gezien.
  • Wanneer een leidster het kind iets wil vertellen loopt zij naar het kind toe. Op deze manier wordt de rust in de groep gehandhaafd en leren de kinderen dat ze niet naar elkaar behoren te schreeuwen.
  • Positief gedrag wordt benoemd en hiervoor wordt het individuele kind gecomplimenteerd. Dit door bijvoorbeeld tegen het kind te zeggen dat het heel gezellig zelf aan het spelen is. Tegendraads of negatief gedrag wordt daarentegen ook actief benaderd. Er is geen sprake van fysiek of verbaal geweld tegen de kinderen. Negatief gedrag wordt als zodanig benoemd en (kort) toegelicht en verder genegeerd.
  • Bij negatief gedrag is er geen sprake van isolatie van een kind. Een kind kan wel binnen dezelfde ruimte (op de bank) apart worden gezet (maximaal 5 minuten). Daarna wordt ‘het weer goed gemaakt’.
 
Fysieke omgeving

Net als de sociale omgeving, kan de fysieke omgeving van het kinderdagverblijf er toe bijdragen dat de kinderen zich op hun gemak voelen.

Met de vormgeving en inrichting van ons kinderdagverblijf willen wij zoveel mogelijk gemoedelijkheid uitstralen. Dit is bijvoorbeeld terug te vinden in de kleurstelling en keuze voor natuurlijke materialen en accenten. Daarnaast wordt, aan de hand van de inrichting van de ruimten en het aanbieden van activiteiten, een omgeving gecreëerd die het kind prikkelt en uitdaagt tot zintuiglijke beleving en ontdekking.

De functie van de buitenruimte is in wezen niet anders dan die van de binnenruimte: mogelijkheden bieden voor spel en ontdekking. De buitenruimte geeft evenwel een wezenlijke verbreding van de mogelijkheden voor het opdoen van ervaringen. Daarnaast is er binnen voor veel, vooral grof-motorische activiteiten geen of onvoldoende ruimte. Hoe meer mogelijkheden de omgeving biedt voor allerlei vormen van beweging (lopen, klimmen, balanceren, fietsen, springen) hoe beter dit is voor de motorische ontwikkeling van het kind. Buitenspelen is echter ook belangrijk voor de overige ontwikkelingsgebieden. Een uitdagende omgeving stimuleert en nodigt kinderen uit te proberen, te fantaseren en te veranderen. De opgedane ervaringen maken kinderen bekwamer en zelfstandiger. Daardoor voelen ze zich veiliger en zekerder en worden ze ook sociaal vaardiger. Want een kind met zelfvertrouwen maakt veel gemakkelijker contact met anderen.